De oproep richt zich enerzijds naar ondernemingen, uit profit en social profit. Maar ook organisaties die iets kunnen bijdragen aan de gezondheid van werknemers, vanuit hun ligging, opdracht of werking, kunnen een voorstel indienen.

We denken hierbij aan lokale besturen, bedrijventerreinen, coworking spaces, organisaties uit de preventiesector (partnerorganisaties van de overheid, organisaties met terreinwerking, Logo’s), sociale partners (werkgevers- en werknemersorganisaties), externe diensten voor preventie en bescherming op het werk, sectorfondsen, vormingsdiensten, commerciële dienstverleners (bijvoorbeeld in gezondheidscoaching en -consultancy). Overheden (Vlaamse of federale) worden uitgesloten, behalve lokale besturen. Zij kunnen ook een projectaanvraag doen.

Bovendien kreeg deze oproep een goedkeuring van de Europese Commissie (beslissing van 30 juni 2021) op basis van de Tijdelijke kaderregeling inzake staatssteun ter ondersteuning van de economie vanwege de huidige COVID-19-uitbraak van 19 maart 2020. Daarom kunnen volgende organisaties niet deelnemen aan de oproep:

  • ondernemingen die op 31 december 2019 vielen onder de definitie van ‘onderneming in moeilijkheden’;
  • ondernemingen actief in landbouw, visserij en aquacultuur. Let op: ondernemingen die actief zijn in de verwerking, de verkoop en de marketing van producten uit de landbouwsector kunnen wel deelnemen, op voorwaarde dat de subsidie niet geheel of gedeeltelijk wordt doorgegeven aan primaire producenten en niet gebaseerd is op de prijs of hoeveelheid producten die door de betrokken ondernemingen op de markt is gebracht of gekocht is van primaire producenten, mits enkele uitzonderingen;
  • ondernemingen die in het verleden onrechtmatige steun hebben gekregen op basis van een besluit van de Europese Commissie, en die het volledige bedrag van deze steun (inclusief rente) nog niet hebben terugbetaald.

Samenwerkingen tussen verschillende soorten organisaties en ondernemingen om tot een sterk projectvoorstel te komen, worden expliciet aangemoedigd.

De projecten zelf richten zich collectief naar telewerkers, waarbij de individuele verantwoordelijkheid van de telewerker voor zijn/haar eigen problemen overstegen wordt. Daarnaast moeten projecten zeker rekening houden met de inclusie van werknemers in maatschappelijk kwetsbare situaties of een lage sociaaleconomische status.