Vlamingen kunnen over het algemeen gezonder eten
Uit de cijfers van de Voedselconsumptiepeiling 2014 blijkt dat we met z´n allen te veel producten uit de rode bol van de voedingsdriehoek eten zoals chips, chocolade, gesuikerde frisdrank, alcoholische dranken, fastfood … Ook met vlees overdrijven we vaak. Fruit, groenten en water consumeren we dan weer te weinig.
Vlamingen zouden beter meer:
- vocht opnemen: vooral water, want dat drinken we nu te weinig;
- groenten verorberen: ongeveer 300 gram per dag, twee keer zoveel als nu;
- fruit eten: twee stuks per dag;
- peulvruchten eten: vervang minstens één keer per week vlees bij de maaltijd door peulvruchten;
- kiezen voor ongezouten noten en zaden: elke dag een handjevol, als tussendoortje bijvoorbeeld;
- volkorenbrood of alternatieven eten en witte graanproducten vermijden.
Daarnaast zouden Vlamingen beter minder:
- vlees eten: bij voorkeur eet je maximaal bij één maaltijd per dag een kleine of gemiddelde portie vlees;
- producten kiezen uit de rode bol van de voedingsdriehoek.
Stimuleren ondernemingen hun medewerkers om gezonder te eten?
Een voedingsbeleid op het werk is in de meeste ondernemingen nog geen vanzelfsprekendheid. De indicatorenbevraging (Vlaams Instituut Gezond Leven, 2019) geeft aan dat er in het algemeen nog veel ruimte is voor verbetering. In vergelijking met 2015 gaan ondernemingen er wel significant op vooruit. Toch staat het thema voeding nog veel te weinig op de agenda van ondernemingen.
Meer aandacht voor een gezond voedingsaanbod
Het aantal ondernemingen dat hun medewerkers meer gezonde voeding aanbiedt, neemt toe. 94% van de ondernemingen biedt gratis water aan. In 2015 was dat maar 89% van de ondernemingen. Ook warme dranken zoals koffie en thee, die een goede afwisseling vormen voor het drinken van water, blijven populair op de werkvloer. Daarnaast is in 40% van de ondernemingen gratis vers fruit ter beschikking aan de werknemers. Een mooi resultaat.
Ruimte voor verbetering
De verhouding tussen gezonde en ongezonde tussendoortjes blijft een werkpunt. Koeken en zoute snacks (resp. 47% en 11%) winnen het nog van gezonde aanbod zoals noten en melkproducten zonder toevoeging van suikers, die slechts in respectievelijk 9% en 5% van de ondernemingen beschikbaar zijn. Ook het aandeel ondernemingen dat verse groentesoep aanbiedt is gedaald, van 48% in 2015 naar 34% in 2019.
Samenstelling warme maaltijden kan beter
Steeds minder ondernemingen bieden warme maaltijden aan: 24% in 2015 t.o.v. 19% in 2019. Op het menu staan er vaker gefrituurde aardappelbereidingen dan in 2015: 30% geeft aan dat het meerdere keren per week tot dagelijks aangeboden wordt in het bedrijfsrestaurant. De warme maaltijd bevat daarnaast ook minder vaak een voldoende grote groenteportie. Verder zijn er geen grote verbeteringen vast te stellen, wat maakt dat de resultaten eigenlijk minder goed zijn dan in 2015 en er een tandje bijgestoken moet worden.
Ondernemingen zetten weinig in op sensibilisering
Er is weinig sprake van sensibiliseren of voorlichten van het personeel. Als er al iets gebeurt, dan is dat vooral via informeel overleg zoals bv. praten met collega's (25%). De meerderheid (84%) van de bedrijven heeft geen afspraken rond gezonde voeding op het werk. Dit is een lage score maar wel beter dan in 2015. Ze maken wel een grote sprong voorwaarts op het vlak van prijsbeleid: gezonde opties goedkoper of gratis maken gebeurt in 20% van de ondernemingen. In 2015 was dit in amper 1% van de bedrijven het geval. Ook afspraken maken met uitbaters van het bedrijfsrestaurant over de beperking van minder gezonde producten of het bevorderen van gezonde kent meer ingang tegenover 2015.