Oranje bol Tekengebied 1 kopie
We pakken ook het moeilijke aan

Zintuigensafari

Merk op wat je ziet, hoort en voelt

De leerlingen leren

  • ... negatieve emoties en stress (h)erkennen en kaderen.
  • ... een gepaste strategie kiezen bij negatieve emoties en stress.
  • ... negatieve emoties en stress aanpakken.

Duiding

Met de methodiek ‘Zintuigensafari’ leren leerlingen focussen op hun zintuigen om volledig in het hier en nu te zijn. Dit is dus een aardingsoefening: een goede manier om leerlingen die te veel piekeren of stress ervaren, terug in het moment te brengen.

Duur

max 15 min

Aard

beleven

Doelgroep

Secundair onderwijs | Testproject geluk voor doeners & dromers

Werkwijze / stappenplan / omschrijving

1

Hier en nu

Vertel aan je leerlingen dat je met hen een aardingsoefening wil doen. Wat betekent dat, ‘aarden’? Stel: je voelt zodanig veel stress of spanning, dat je in een rollercoaster van emoties terechtkomt. Je gedachten gaan alle kanten op – en dus ook óverkop -, waardoor ze beginnen afwijken van de originele situatie. Je kan niet stoppen met piekeren, en je voelt je erg overweldigd door alles.

Dan is het belangrijk om opnieuw met beide benen in het ‘nu’ te landen. Dat doe je door te ‘aarden’: even goed rondom je kijken en benoemen wat je hoort, ziet en voelt. Dat trekt je terug in het moment, en weg uit die donkere wolken in je hoofd.

2

Op zintuigensafari

Leg uit dat je via deze oefening de zintuigen van je leerlingen wil activeren. Je doet dat door hen te vragen om in stilte dingen op te merken die ze zien, horen en voelen. Benadruk bij de klas: het gaat niet om wat je van die dingen vindt, maar wel om het feit dat je ze opmerkt.

Tip: je kan je leerlingen voor deze oefening ook mee naar buiten nemen. Dat zorgt voor een fris hoofd én activeert sterk de zintuigen.

Hier gaan we! Geef je leerlingen de volgende instructies:

  • Haal drie keer diep adem, neem de omgeving in je op en zet al je zintuigen open.
  • Omschrijf voor jezelf vijf dingen die je kan zien.
    • Een jas aan de kapstok, een open deur, blauwe lucht, een balpen op je bank, … Eender wat je opmerkt, is oké.
  • Doe daarna hetzelfde met vijf dingen die je kan horen.
    • Wind in de bomen, een wippende voet van een klasgenoot, je eigen ademhaling, …
  • Tot slot merk je in stilte vijf dingen op die je voelt met of in je lichaam.
    • Je sokken om je voeten, de koude bank onder je elleboog, een kriebel in je keel, spanning in je schouders, …

Tip: je kan ook een andere versie van deze oefening doen: vijf dingen die je ziet, vier dingen die je hoort, drie dingen die je voelt en twee dingen die je ruikt. Deze variant voegt een extra zintuig toe, maar vereist iets minder observaties van de andere zintuigen.

3

Beter dan schaapjes tellen

Leg je leerlingen uit dat je nu een introductie van een iets uitgebreidere oefening hebt gedaan. Normaal herhaal je deze oefening nog een paar keer, maar tel je onderweg af: eerst noem je voor elk zintuig vijf dingen op, daarna vier, daarna drie, daarna twee, en daarna nog maar één ding.

De volledige oefening werkt heel goed om in te slapen. Geef je leerlingen dus zeker de tip om de zintuigensafari mee te nemen naar hun bed: het is eens iets anders dan schaapjes tellen!

Tip: geef de leerlingen deze afbeelding mee die ze kunnen gebruiken om de zintuigensafari ook thuis te doen.

Varianten en verwanten

Wil je jouw leerlingen leren hoe ze hun ademhaling kunnen inzetten tegen stress? Bekijk dan de Happy Snacks ‘Adempauze’ en ‘Je stress de baas’.