Verslavende middelen

Gokken

Secundair onderwijs

Tweede graad

Eindtermen

Context 1: lichamelijke gezondheid en veiligheid      
VOET C1-8      Leerlingen schatten de risico’s en gevolgen in bij het gebruik van genotsmiddelen en medicijnen en reageren assertief in aanbodsituaties
VOET C1-15      Leerlingen beseffen dat maatschappelijke fenomenen een impact hebben op veiligheid en gezondheid

Waar streef je naar bij je leerlingen? 

Versterken van de kennis en vaardigheden die leerlingen nodig hebben om gezonde keuzes te maken en niet te gokken. (kansspelen zoals online sportweddenschappen, lotto, bingo, krasbiljetten)

Do’s & don’ts voor jouw klas

AANBEVELINGEN SPECIFIEK VOOR GOKPREVENTIE

Do's

Don'ts

Do
  • Breng ‘gokken’ enkel aan bod als het deel uitmaakt van de leefwereld van meerdere leerlingen. Overweeg een één-op-één-aanpak
  • Wijs jongeren op het illegale karakter van gokken. 
  • Spijker jongeren hun kennis bij over gokken en zet in op het leren toepassen van de aangeleerde kennis. 
  • Maak ook de omgeving (bijvoorbeeld de ouders) van jongeren bewust van risico’s van gokken.
  • Corrigeer foute percepties. Corrigeer mythes en foute denkpatronen over gokken.
  • Verhoog het gevoel van  het eigen kunnen van jongeren en leer ze om zichzelf te monitoren. Maak jongeren bewust van hun eigen gokgedrag en mogelijke foute denkbeelden over gokken. Beter nog is hun geloof in zichzelf versterken, zodat ze op een verantwoordelijke manier kunnen gokken en hun eigen gedrag kunnen bijsturen.
  • En... hanteer de principes van algemene verslavingspreventie voor leerlingen van de 2de graad SO (zie onderstaande tabel).
Don't
  • Er zijn geen specifieke DON’Ts voor gokken. Hanteer de principes van algemene verslavingspreventie voor leerlingen van de 2de graad SO (zie onderstaande tabel).

ALGEMENE AANBEVELINGEN VOOR VERSLAVINGSPREVENTIE

Do's

Don'ts

Do
  • Gebruik interactieve werkvormen. Laat jongeren aan het woord. Beperk je niet tot één vak of één leerjaar, maar breng het onderwerp aan bod in verschillende vakken en jaren.
  • Focus niet enkel op de overdracht van kennis. Besteed vooral aandacht aan het ontwikkelen van positieve copingvaardigheden zoals het omgaan met moeilijke gevoelens, ervaringen en omgaan met stress. 
  • Wees alert voor signalen van (problematisch) gebruik van jongeren
  • Hanteer een niet-betuttelende & niet-autoritaire aanpak. Jongeren zullen de ‘leerstof’ gemakkelijker verwerken en hiervoor meer moeite voor willen doen. Humor werkt!

En buiten je les of educatieve activiteit: werk aan het drug- en gezondheidsbeleid op school!

Don't
  • Heb het niet over cannabis en illegale drugs als dit niet tot de leefwereld van de jongeren behoort. Er bestaat anders een risico op een contraproductief effect: het uitlokken van nieuwsgierigheid.
  • Leer hen niet om ‘neen’ te zeggen tegen groepsdruk. Weerbaar maken tegen de invloed van vrienden werkt niet en kan zelfs averechts werken. In deze levensfase willen jongeren niks liever dan ‘erbij horen’. Het helpt dus niet om jongeren te vertellen dat ze minder moeten conformeren, als dat het enige is wat ze willen.   
  • Gebruik liever geen getuigenissen (bijvoorbeeld van kankerpatiënten of ex-verslaafden). Zeker niet zonder een goede nabespreking. Vaak staan getuigenissen te ver van de leefwereld van de leerlingen (qua leeftijd, achtergrond, …). Daardoor betrekken de leerlingen de boodschap niet op zichzelf. (“Dat gaat mij nooit overkomen”). 
  • Probeer niet te choqueren met angstaanjagende beelden of taal (zoals foto’s van ongevallen na het drinken van alcohol, choquerende film, politie in de klas, …). Als je je leerlingen schrik aanjaagt, zal dit herinnerd worden, maar niet het gewenste effect hebben.

Een woordje uitleg bij de do’s & don’ts

Hoewel deze leeftijdsgroep een grote nood heeft aan preventieve programma’s op school, zijn ze ook de moeilijkste doelgroep om te beïnvloeden. Dat komt omdat ze volop in de pubertijd zitten. Hun hersenen zijn volop in ontwikkeling en het emotionele deel van de hersenen groeit veel sneller dan het rationele deel. Heel wat jongeren durven daarom meer risico’s nemen, zeker in het bijzijn van vrienden. Ook krijgen sommigen een korte ‘high’ van alles wat niet mag. 

Gokken (kansspelen zoals online sportweddenschappen, lotto, bingo, krasbiljetten) is illegaal voor 14-16-jarigen. Merk je dat één van de leerlingen gokt? Trek aan de alarmbel en ga individueel het gesprek aan. Voel je de nood om het onderwerp toch ook klassikaal aan te brengen? Dan kan je wel kennis bijbrengen. Ga bijvoorbeeld in op een aantal vragen: Wat zijn de risico’s? Wat zegt de wet? Vaak heerst er heel wat onwetendheid over het thema, en dit klassikaal bespreken werkt - algemeen genomen - niet contraproductief.  

Lees meer in de pdf van de leerlijn ‘verslavingspreventie in het onderwijs’.

Materialen en methodieken 

Voor leerlingen: