En wat na COVID-19?

30.09.2020

Er vallen heel wat lessen te trekken uit de wereldwijde coronacrisis die we vandaag nog altijd voelen. Dat het anders moet, staat vast. Maar hoe anders? Directeur van EuroHealthNet Caroline Costongs stelde zich ook die vraag. Zij schuift 3 prioriteiten naar voor om de pandemie en de gevolgen ervan voor de gezondheid en het welzijn in de komende jaren aan te pakken. We vatten ze hier samen.

1: We moeten méér en beter samenwerken

Gezondheidsorganisaties kunnen hun gezondheidsdoelstellingen niet halen door los van andere sectoren te werken. Want heel wat determinanten bepalen mee hoe (on)gezond iemand is. Denk aan de omgeving waarin mensen zich bevinden: de job die ze uitoefenen (of niet hebben), het milieu waarin ze opgroeien, het onderwijs dat ze krijgen … En bovendien zagen we al ruim vóór de coronacrisis schrijnende ongelijkheden op vlak van dit soort omgevingsdeterminanten.

Willen we deze problematiek aanpakken, dan is het engagement van andere sectoren onmisbaar. Caroline Costongs pleit dan ook voor nauwere samenwerkingen met de sociale sector op het gebied van armoede, werkloosheid … Ook het aanpakken van ongelijkheden in bijvoorbeeld het onderwijs is een must.

2: Ook op sociaal vlak moeten we voorbereid zijn op gezondheidscrisissen

De coronacrisis leidde tot enorme investeringen: er werd veel geld vrijgemaakt om de (biomedische) crisis het hoofd te bieden. In ziekenhuizen en woonzorgcentra bijvoorbeeld werden grote, noodzakelijke investeringen gedaan om het zorgpersoneel te beschermen en de medische capaciteit te vergroten. Caroline Costongs geeft aan dat we ons ook op andere vlakken moeten wapenen tegen zulke crisissen. Dat we moeten investeren in de veerkracht van mensen, in geestelijke gezondheid en in sociale ondersteuning. Ons nieuwe online platform checkjezelf.be (deel van minister Bekes actieplan Zorgen voor Morgen) komt hieraan tegemoet in Vlaanderen en dat is nodig. Want de crisis treft ons ook mentaal heel hard.

3. Gezondheidsbevordering moet versterkt worden

De COVID-19-pandemie heeft de gedragswetenschappen meer in de kijker geplaatst en de toepassing van gedragsinzichten binnen gezondheidsbevordering versneld. Zo werd er onder meer onderzocht of mensen zich aan de gedragsregels hielden om de verspreiding van het virus te voorkomen en hoe hun motivatie daarbij fluctueerde. Ook Gezond Leven zet zich al enkele jaren in om gezondheidsprofessionals vertrouwd te maken met gedragsinzichten, onder meer via de ontwikkeling van het Gedragswiel. Dit model vat de determinanten van gezondheidsgerelateerd gedrag overzichtelijk samen.

We hebben ook geleerd dat het voor velen een luxe is om zich gezond te gedragen of gezonde keuzes te maken. Heel wat mensen hebben nauwelijks keuzes, omdat er geen geld, ruimte of tijd voor is. Het omgaan met de COVID-19-pandemie was niet alleen moeilijker voor deze groepen, maar het verslechterde ook nog eens hun situatie, wat het werken aan gezondheid in de toekomst extra uitdagend maakt. Caroline Costongs geeft aan dat we kansen moeten creëren door het vermogen van mensen om hun gezondheid te verbeteren te versterken, maar tegelijkertijd ook de omgevingsdeterminanten van gezondheid aan te pakken.

Een crisis als deze maakt duidelijk dat gezondheidsbevordering opgeschaald moet worden als een dringende en essentiële aanpak om de COVID-19-pandemie en andere crisissen in de nabije toekomst aan te pakken.

Gezondheidsbevorderaars mogen – en moeten – zich gesterkt voelen om actief deel te nemen aan discussies, debatten en beleidsvorming. En uitgenodigd worden om bijdragen te leveren vanuit gedragsinzichten, bovenop culturele, socio-economische en omgevingsinzichten.