Bewegen en minder zitten

Burgerschapscompetentie

Lager onderwijs

Tweede graad

Eindtermen

ET MM 1.1      Leerlingen drukken in een niet-conflictgeladen situatie, eigen indrukken, gevoelens, verlangens, gedachten en waarderingen spontaan uit.
ET MM 1.2      Leerlingen kunnen beschrijven wat ze voelen en wat ze doen in een concrete situatie en kunnen illustreren dat zowel hun gedrag als hun gevoelens situatie gebonden zijn.
ET MM 2.4      De leerlingen kunnen illustreren dat welvaart zowel over de verschillende landen in de wereld als in België ongelijk verdeeld is.

Leerdoelen

Kennis

  • Kinderen beseffen dat er in de wereld en in eigen land armoede is en dat dit kan bijdragen tot minder participatie aan activiteiten (inclusief sport) die bewegen en minder zitten stimuleren. 
  • Kinderen denken kritisch na over waarom veel mensen bewegen voor het goede doel (wat is hun drijfveer, wat willen ze hiermee aankaarten …).