Zeg niet: “Peulvruchten zijn gezond”, maar wel: “Peulvruchten zijn superlekker!”
Meer peulvruchten op Vlaamse velden én op ons bord: dat was het doel van ‘PEUL-CHAIN’, dat in maart vorig jaar van start ging. Maar hoe pak je dat concreet aan? In ons eindrapport geven we enkele aanbevelingen om sojabonen en linzen even gewoon te maken als dat stukje biefstuk.
Ondanks alle voordelen van rode bonen, kikkererwten, linzen en andere peulvruchten moet de Belg ze (voorlopig?) niet. 1 op 5 eet deze ideale vleesvervangers nooit en bij slechts 20% staan ze wekelijks op het menu. Dat kan dus anders. Om peulvruchten de plek te geven die ze verdienen, onderzocht PEUL-CHAIN waarom consumenten er al dan niet voor kiezen. We spraken met telers, verwerkers en cateraars over hun uitdagingen en opportuniteiten. En als toemaatje lanceerden we een grote peulvruchtencampagne, waaraan ook bekende influencers meewerkten. Alles gebeurde in samenwerking met het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). Maar wat heeft dat nu opgeleverd? De 5 belangrijkste aanbevelingen uit ons finale rapport:
1. Ontwikkel (communicatie)materialen en recepten
Cateraars en foodservicepartners kunnen een belangrijke rol spelen om peulvruchten te introduceren in kinderdagverblijven, scholen en bedrijven. Om hen hierbij te helpen zouden er (communicatie)materialen en recepten ontwikkeld kunnen worden. Daarnaast is er ook ondersteuning nodig om een draagvlak te creëren bij de medewerkers als peulvruchten op het menu worden gezet.
2. Benadruk smaak, prijs en gebruiksgemak
Zeg niet: “Kikkererwten zijn goed voor het milieu”, maar wel: “Kikkererwten zijn superlekker”. Het consumentenonderzoek toont aan dat gezondheids- en milieuvoordelen van peulvruchten weinigen over de streep trekken. Maar aan argumenten over smaak, prijs en gebruiksgemak is de consument wél gevoelig. Communicatieboodschappen focussen zich dus best op die laatste aspecten.
3. Kies rassen specifiek voor het Belgische klimaat
Verwerkers en telers willen inzetten op rassen die ook in ons Belgische klimaat voldoende opbrengst leveren. Dat moet resulteren in een stabielere en goedkopere prijs in vergelijking met ingevoerde peulvruchten. Er is ook nood aan een infrastructuur die kleinere volumes aan ruwe grondstoffen gebruiksklaar kan maken voor verwerking.
4. Innoveer
Verandering van spijs doet eten: door telkens hetzelfde peulvruchtenrecept of -product te delen, ga je niemand overtuigen om met pakweg een blik rode bonen de keuken in te duiken. Daarom willen verwerkers meer inzetten op innovatie. Hierbij vragen ze ondersteuning van een promotiecampagne die onder meer de nadruk legt op de talloze verschillende bereidingswijzen van peulvruchten.
5. Herhaal, herhaal en herhaal
Om tot een gedragsverandering te komen en peulvruchten dus permanent op het menu te krijgen, zijn maar 3 dingen belangrijk: herhaling, herhaling en herhaling. De resultaten van deze PEUL-CHAIN kunnen worden gebruikt om de campagne aan te scherpen en verder te zetten. Bovendien kunnen ook verschillende settings bij de campagne worden betrokken, zoals voedingswinkels, restaurants, scholen, … Maar daar is dan wel een ander plan van aanpak voor nodig.
