Stap 2: Breng de beginsituatie in kaart
Om goed van start te gaan met het preventief gezondheidsbeleid, is het belangrijk om de beginsituatie van de voorziening te kennen. Wat wordt al gedaan om de leefstijl van je cliënten of patiënten te bevorderen? Soms zijn er al initiatieven geweest of afspraken gemaakt rond bepaalde gezondheidsthema’s waarop je kan verder bouwen. Zo bestaan er vaak al regels rond waar je wel en niet mag roken, maar is de rookruimte nog veel te gezellig.
Om zicht te krijgen op hoe ver je staat in het preventief gezondheidsbeleid van de voorziening, maak je gebruik van de gezondheidsmatrix. Die geeft inzicht in de sterke en minder sterke punten van het huidige beleid van de voorziening, en toont ook de kansen en de bedreigingen, voor één specifiek gezondheidsthema. Dankzij de gezondheidsmatrix zie je in een oogopslag of je verschillende acties al een samenhangend beleid vormen, en waar er nog verbetering mogelijk is.
Werken er verschillende afdelingen binnen de voorziening mee aan een preventief gezondheidsbeleid? Hou daar dan bij de bespreking van de gezondheidsmatrix rekening mee. Want zij kunnen een andere werking hebben of andere accenten leggen, die een invloed kunnen hebben op het preventief gezondheidsbeleid (bv. verschillende leeftijden van de doelgroep, andere verblijfsduur, aankoopbeleid, andere doelstelling).
Hoe kan je de matrix gebruiken met de werkgroep?
Je kan op verschillende manieren met de matrix aan de slag. Een mogelijkheid: de werkgroepverantwoordelijke legt de matrix in groot formaat in het midden van de vergadertafel tijdens een werkgroepvergadering. Vooraleer hij uitleg geeft over de matrix, stelt hij gerichte vragen aan de werkgroep rond een thema. Bijvoorbeeld:
- Wat doen we al om onze cliënten/patiënten aan te zetten om gezond te eten?
- Geeft elke collega dezelfde informatie over gezonde voeding aan de cliënten/patiënten door? Hoe geraken we aan die informatie? Hebben we bv. al eens een vorming daarrond gevolgd?
- Zijn er regels voor onze koks voor het opstellen van het weekmenu? Worden er afspraken gemaakt over hoe vaak en hoeveel vet vlees aangeboden wordt, over opwarmmaaltijden, over fruit als dessert …?
- Hebben onze cliënten of patiënten de mogelijkheid om iets bij te leren over gezonde voeding? Hoe gebeurt dat concreet?
- ...
Ieder schrijft een antwoord op een post-it en de werkgroepverantwoordelijke plakt die op de juiste plaats in de matrix. Wanneer die geen vragen meer kan bedenken, legt hij uit wat de strategieën en niveaus in de matrix betekenen en laat hij de werkgroepleden nog een tweede keer nadenken over wat ze al doen rond een bepaald gezondheidsthema. Het gaat erom concrete acties een plaats te geven in de matrix. Je zal merken dat sommige acties in verschillende cellen passen. De actie wordt dan best geplaatst in de cel waar ze het meest toe bijdraagt of in verschillende cellen.
Na deze oefening zal de matrix wellicht nog een aantal cellen bevatten die niet volledig of maar gedeeltelijk zijn ingevuld. Via de matrix kan de werkgroep ook gaan nadenken over welke acties zouden kunnen gebeuren om die hiaten op te vullen. De werkgroepverantwoordelijke vraagt elk lid om vanuit zijn of haar specifieke functie in de organisatie na te denken over wat nog gedaan zou kunnen worden rond het gezondheidsthema. Als variant kan de werkgroepverantwoordelijke vragen dat iedereen nadenkt vanuit de functie van iemand anders: bv. “als directeur zou ik … budget kunnen voorzien om gezonde voeding aan te kopen” of “als kok zou ik elke dag verse soep kunnen maken”. Door iets meer afstand te creëren, krijg je meer vernieuwende ideeën.