Voeding

Gezonde en milieuverantwoorde voeding

Lager onderwijs

Tweede graad

Eindtermen

ET WT 1.7      Leerlingen kunnen de wet van eten en gegeten worden illustreren aan de hand van minstens twee met elkaar verbonden voedselketens
ET WT 1.8      De leerlingen kunnen de functie van belangrijke organen die betrokken zijn bij ademhaling, spijsvertering en bloedsomloop in het menselijk lichaam verwoorden op een eenvoudige wijze.
ET WT 1.19      De leerlingen beseffen dat het nemen van voorzorgen de kans op ziekten en ongevallen vermindert.

Leerdoelen

Kennis

  • Kinderen geven aan dat de mond, maag en darmen nodig zijn om ons voedsel te verteren
  • Kinderen identificeren met behulp van de verschillende zones van de voedingsdriehoek welke voedingsmiddelen ze best meer, minder en zo weinig mogelijk eten:
    • Kinderen onderkennen dat groenten, fruit, volkoren producten, peulvruchten, noten best meer worden gegeten
    • Kinderen onderkennen dat vlees (vooral rood vlees) en boter best minder gegeten worden
    • Kinderen onderkennen dat frisdrank, alcohol, fastfood charcuterie, snoep en koeken best zo weinig mogelijk gegeten worden
    • Kinderen onderkennen dat water vooral als drank dient gekozen te worden

Vaardigheden & attitudes

  • Kinderen kunnen plantaardige en dierlijke voeding van elkaar onderscheiden

Materialen en methodieken