“Met een groene speelplaats krijg je elk kind in beweging”

Tijdens het onthaal, de eetmomenten en de ‘moet’-opdrachtjes: alleen dan zitten de kleuters van Lene Coenen stil. “De rest van de dag staan ze recht of zijn ze in beweging”, zegt de juf. “Bij de oudste kleuters hebben we schildersezels. Ik heb in de klas ook 2 speeltafels die hoger staan, zodat ze staand kunnen spelen. Daar bied ik allerhande materiaal aan, zoals Playmobil of magnetische blokken om mee te bouwen. Ik doe ook regelmatig een verteltafel. Dan werk ik een prentboek helemaal uit met allerlei attributen zodat ze het zelf kunnen naspelen. Dat vinden ze heel leuk om te doen. Kinderen worden sowieso opgeslorpt door een verhaal, maar als ze zelf in de huid van de personages kunnen kruipen en alle acties mogen uitbeelden, wordt die betrokkenheid nog groter.”

Doe de ‘rijm run’

“Als ze iets bewegend leren, blijft dat soms beter hangen”, gaat juf Lene verder. “Daarom trekken we ook regelmatig naar buiten, voor bijvoorbeeld een eierzoektocht om hen te leren tellen. Of voor een ‘rijm run’: op de speelplaats hangen prenten en zij krijgen een kaartje met bijvoorbeeld een zon op. Wat rijmt er op zon? Ballon! En dan moeten ze naar het plaatje van de ballon rennen. Dan ben je een beetje weg van het schoolse en breng je hen dingen op een speelse manier bij. En ondertussen zijn ze in beweging. Als ze zelf dingen mogen doen in plaats van dat ze stil moeten zitten en luisteren, zijn ze veel meer geprikkeld en gemotiveerd.”

Glijbanen met boomstammen

“We hebben een hele groene speelplaats. Die is pas vernieuwd en zo ingericht dat beweging wordt aangemoedigd. Er zijn verschillende glijbanen met natuurlijke trapjes van boomstammen, er zijn loopbruggen, klimrekken, een buitenkeuken, een voetbalkooi en een fietsparcours. In de opbergruimte staan steps en verschillende soorten fietsen. De kleuters mogen zelf een fiets halen. Als ze klaar zijn, zetten ze hem weer netjes terug. Met zo’n speelplaats worden we allemaal aangemoedigd om naar buiten te gaan en daar activiteiten te organiseren. Ook de ouders vinden onze speelplaats fantastisch, terwijl dat voor hen toch meer vuile kleren met zich meebrengt. Er is immers heel weinig verhard dus in de winter kan het wel eens modderig worden. Sommige ouders doen hun kind dan speelkleren aan naar school, onder het motto: ‘Laat mijn kind maar ontdekken!’ Da’s een fijne ingesteldheid.”

Woogie Boogie = kant-en-klaar hulpmiddel

“Ik heb Woogie Boogie gebruikt toen ik bij de jongste kleuters stond. Het is een fantastisch hulpmiddel voor bewegingstussendoortjes. Je hoeft zelf niks uit te werken, het is een kant-en-klaar pakket. Je hebt er geen materiaal voor nodig, je kan er zó mee beginnen. Voor de juf is het geen extra belasting en de kinderen vinden het super dat ze de Disney-personages herkennen. En natuurlijk doe ik ook altijd mee, want een juf die meedanst, dat stimuleert de kinderen.”

Gebruik ook de gang!

“Een goede tip voor andere leerkrachten is om ook de gang te gebruiken om extra in te zetten op beweging. Onze kleuters mogen daar bijvoorbeeld tennissen met een strandbal. Of we maken er een voet- handenparcours. Nog een handige tip: hang in de klas een magnetisch bord op, zodat de kinderen daar rechtstaand oefeningen op kunnen maken. Ik haal ook inspiratie over bewegend leren op internet, op de site van meester Sander. Daar staan heel veel beweegideetjes op die je makkelijk kan toepassen in je eigen klas.”