Gezondheidsongelijkheid binnen het Gedragswiel

Het Gedragswiel zoomt in op één van de vier determinanten van gezondheid die het Health Field Concept van Lalonde inventariseert: leefstijl. Het Gedragswiel maakt het mogelijk om de vele, elkaar versterkende, drempels voor een gezonde leefstijl die mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie ervaren, in kaart te brengen.

Determinanten in en buiten het individu

Het Gedragswiel clustert gedragsdeterminanten van gezondheid in drie categorieën: competenties, drijfveren en context. De bovenste helft focust op contextfactoren die een invloed uitoefenen op het gedrag en de gezondheid van mensen. Die factoren liggen dus buiten het individu. De onderste helft van het wiel omvat determinanten die in het individu zelf liggen: competenties en drijfveren. De interactie tussen de context- en individuele factoren bepaalt dan het gedrag dat iemand zal stellen.

Context

Dit zijn de fysieke, sociaal-culturele, economische en politieke aspecten van de omgeving die het gezonde gedrag faciliteren of net bemoeilijken. Deze invloeden kunnen ontstaan in concrete settings (school, werk, buurt, gezin …) waarin het gedrag plaatsvindt of in ruimere maatschappelijke/politieke systemen (transport, industrie ...) die het gedrag beïnvloeden.

Context en schaarste

Het onderzoek van Mullainathan en Shafir, dat ze beschrijven in hun boek ‘Schaarste’, geeft aan dat contextfactoren zoals financiële schaarste bezit nemen van je geest: mensen handelen anders bij een gevoel van gebrek. Ze ontwikkelen een tunnelvisie en gaan eenzijdig focussen op het schaarsteprobleem. Deze tunnelvisie ontstaat omdat de ervaring van schaarste leidt tot een directe afname van de ‘mentale bandbreedte’, wat verwijst naar een aantal competenties zoals het vermogen om aandacht op te brengen, om goede beslissingen te nemen, om vast te houden aan onze plannen en om verleidingen te weerstaan. Andere, misschien wel belangrijkere dingen, bevinden zich buiten deze eenzijdige focus en zijn daarom moeilijker te zien en makkelijker te onderschatten. Daarom kiezen mensen in armoede misschien vaker dan goed is voor hen voor voeding die hen op korte termijn een gevulde maag en een voldaan gevoel geeft, zoals kant-en-klare lasagnes of diepvriespizza’s die voor een paar euro en in minder dan een halfuur op tafel staan.

Context en sociaaleconomische positie

De 3 indicatoren van sociaaleconomische positie (opleiding, tewerkstelling en inkomen) zijn contextfactoren die een niet te onderschatten impact hebben op het gedrag van mensen. Met name de socio-culturele variabelen van opleiding en tewerkstelling hangen ook nauw samen met de vaardigheden en drijfveren van mensen met betrekking tot gezond gedrag. Bij iedereen weegt de impact van contextfactoren zwaar door op het gedrag. Maar bij mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie zien we dat er vaker een negatieve/minder beschermend effect is van de context op de competenties en drijfveren die nodig zijn voor het stellen van gezond gedrag.

Competenties

Competenties zorgen ervoor dat je een bepaald gezond gedrag kan stellen. Hieronder vallen o.a. kennis (bv. weten dat je best iedere dag een kwartier je huis ventileert of dat alcohol- en drugsgebruik negatieve gevolgen hebben), kritische vaardigheden (bv. voedingsetiketten begrijpen en correct interpreteren), interactieve vaardigheden (bv. gezondheidsklachten bespreekbaar maken met een hulpverlener of naaste), gedragsregulatie (bv. eigen gedrag opvolgen, acties plannen …) en copingvaardigheden (bv. kunnen omgaan met stresspieken op een gezonde manier). Een laag opleidingsniveau, het ontbreken van positieve sociale voorbeelden en sociale steun en beperkte mentale bandbreedte door zorgen en stress zijn slechts een aantal factoren die de vaardigheden van mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie negatief kunnen beïnvloeden.

Drijfveren

Dit zijn de reflectieve motieven en automatische processen die een bepaald (gezond/ongezond) gedrag activeren en richting geven. Onder die automatische processen vallen bijvoorbeeld gewoontes: de voorspelbare gedragspatronen die gelinkt zijn aan bepaalde situaties of triggers (bv. altijd een sigaret opsteken na een maaltijd). Onder (meer) reflectieve drijfveren vallen bijvoorbeeld de eigen-effectiviteit (het geloof in het eigen kunnen om gezond gedrag te stellen), de opvattingen ten aanzien van bepaalde onderwerpen of gedragingen (bv. positief staan tegenover gezonde voeding) en risicoperceptie (de inschatting van het risico dat je loopt op bijvoorbeeld huidkanker door herhaaldelijk onbeschermd in de zon te zitten). Opnieuw zijn er factoren in de omgeving van mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie die ertoe bijdragen dat drijfveren voor een gezonde leefstijl onvoldoende aanwezig zijn. Denk bijvoorbeeld aan negatieve ervaringen uit de kindertijd die een negatieve impact hebben op de eigen-effectiviteit van mensen.

Meer drempels, grotere verwevenheid en negatieve inwerking

We leren hieruit dat mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie niet alleen te maken hebben met meer drempels die de weg naar gezond gedrag en gezondheid bemoeilijken, maar dat ook de verwevenheid tussen deze gedragsdeterminanten die leiden tot gezondheidsongelijkheid bijzonder groot en complex zijn. Bij mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie werken determinanten vaak negatief op elkaar in.