Vocht komt voor in de lucht of als afzetting op oppervlakken. Vocht in de lucht wordt uitgedrukt in absolute en relatieve luchtvochtigheid. Zowel te veel als te weinig vocht kan problemen opleveren. Beperk zo veel mogelijk je vochtproductie en ventileer en verlucht voldoende. Zorg ook voor een goed geregelde temperatuur, dit bepaalt de hoeveelheid vocht die de lucht kan bevatten.

Wat is vocht?

Vocht komt in verschillende vormen voor in het binnenmilieu. De lucht bevat waterdamp, dit deel wordt in de absolute en de relatieve luchtvochtigheid uitgedrukt. Daarnaast is er vocht dat in de bouwmaterialen zit of condenseert op de muren, ramen en plafonds.

De absolute luchtvochtigheid is de totale hoeveelheid waterdamp die in een bepaalde hoeveelheid lucht zit. Dit wordt uitgedrukt in g/m³.

De relatieve luchtvochtigheid geeft de verhouding weer tussen de aanwezige hoeveelheid vocht en de maximale hoeveelheid vocht die in de lucht kan zitten. Dit wordt beschreven met percentages.

De hoeveelheid vocht die aanwezig is wordt bepaald door de toestand van het gebouw en door het gedrag van de personen die in het gebouw verblijven.

De maximale hoeveelheid vocht die in de lucht kan zitten, wordt bepaald door de temperatuur.

Hoe word je blootgesteld?

Je ademt constant lucht in. Deze lucht kan te veel of te weinig vocht bevatten. Dat heeft gevolgen voor de vochtigheid van je luchtwegen en kan voor problemen zorgen.

Daarnaast kan vocht door afgezet worden op allerlei oppervlakken. Hierdoor raakt materiaal beschadigd en krijgen heel wat vervuilende micro-organismen de kans om te groeien.

Vocht kan op verschillende manieren in huis komen. We onderscheiden twee groepen van oorzaken:

  • Bewonersgedrag: Douchen, drogen van was, koken, schoonmaken en zelfs ademen geeft vocht vrij in de omgeving. In een gezinswoning met vier bewoners kan dit oplopen tot 10 liter vocht per dag.
  • Bouwtechnische oorzaken: Na bouwen en verbouwen kan er gedurende enkele maanden vocht uit de nieuwe materialen verdampen. Ook bouwtechnische fouten kunnen vocht binnenlaten. Dit zijn lekken, opstijgend en insijpelend vocht en condensatie door koudebruggen.

Gevolgen voor de gezondheid?

Overtollig vocht heeft direct en indirecte gevolgen voor je gezondheid. Te veel vocht kan de volgende klachten veroorzaken:

  • Hoesten en een piepende ademhaling
  • Uitlokken van astma-aanvallen
  • Verergeren van reumaklachten

Het kan ook andere vervuilers doen groeien, die op hun beurt voor problemen zorgen. Dit zijn:

  • Bacteriën
  • Virussen
  • Schimmels
  • Huisstofmijt

Maar ook te weinig vocht kan tot irritatie van de slijmvliezen van de ogen, mond, keel en neus leiden. Dit zorgt voor:

  • Droge, tranende ogen
  • Prikkelende hoest
  • Niezen
  • Droge keel en dorstgevoel

Een droge omgeving doet ook meer stof opwaaien, wat ook weer voor problemen kan zorgen.

Blootstelling en gezondheidseffecten beperken

Om je blootstelling aan vocht op lange termijn aan te pakken, pak je de oorzaken van het vochtprobleem aan.

  • Los bouwtechnische oorzaken op. Het kan aangeraden zijn om een aannemer onder de arm te nemen.
  • Pas je gedrag aan. Je kan met kleine aanpassingen in je handelingen ook al veel vochtproductie vermijden. Hier vind je enkele tips.

Het is onmogelijk om alle bronnen van vocht te vermijden. De luchtvochtigheid hou je binnen de perken met de volgende acties.

  • Ventileer en verlucht voldoende. Hierdoor krijg je een uitwisseling van binnen- en buitenlucht. Overtollig vocht kan naar buiten en een gebrek aan vocht wordt van buiten aangevuld. Hier vind je info over hoe je dit best doet.
  • Verwarm voldoende. Je kan condensatie van vocht vermijden door de temperatuur steeds hoog genoeg te houden.

Normen

De normen voor luchtvochtigheid en temperatuur zijn allemaal overgenomen uit het binnenmilieubesluit van de Vlaamse regering.

De relatieve luchtvochtigheid ligt in de winter het best tussen 30% en 55%. In de zomer ligt deze het best tussen 30% en 80%.

De temperatuur houden we het liefst tussen 20°C en 24°c in de winter. In de zomer houden we een temperatuur tussen 22°C en 26°C aan. Je zorgt er het best voor dat de temperatuur altijd boven de 15°C blijft, want bij een lagere temperatuur is er een veel grotere kans op condensatie van vocht.

Meer weten?

Neem contact op met de medisch milieukundige van het Logo van je regio.

Logo Logos