Formaldehyde kan in de woning vrijkomen wanneer materiaal in spaanplaat aanwezig is en kan gezondheidsklachten veroorzaken zoals irritaties van de oogslijmvliezen en van de bovenste luchtwegen. Bovendien kan formaldehyde neuskanker veroorzaken. Voldoende ventileren en verluchten is dus de boodschap.

Wat is formaldehyde?

Formaldehyde is een kleurloos gas met een specifieke, prikkelende geur. Het komt in de handel voor als formaline, een oplossing van formaldehyde en water. Het is een voorbeeld van een vluchtige organische verbinding uit de grotere groep van de aldehyden. Het komt in tal van bouw- en decoratiematerialen voor en kan een belangrijke oorzaak zijn van vervuiling van het binnenmilieu.

Formaldehyde komt onder andere voor in lijmen en harsen die gebruikt worden bij de productie van spaanplaten en houtpanelen en voorgelijmde vloerbekleding of behangpapier. Ook ureumformaldehydeschuim (UF) voor spouwmuurisolatie kan formaldehyde bevatten.

Roken zorgt ook voor vrijzetting van relatief grote concentraties formaldehyde. Daarnaast kan formaldehyde ook in parketvernissen, verven, cosmetica (bv. shampoos, deodorants) en textiel (bv. gordijnen) voorkomen.

Hoe word je blootgesteld?

Producten die formaldehyde bevatten, geven deze geleidelijk aan af aan de omgeving waarbij de afgifte vermindert met de tijd. De concentratie in de lucht verhoogt met de vochtigheidsgraad, de temperatuur en een gebrekkige verluchting.

Formaldehyde lost gemakkelijk op in water. Bij inademing van formaldehydedampen kan dus een groot gedeelte gebonden worden aan slijmvliezen van ogen en bovenste luchtwegen. Kleine hoeveelheden kunnen in het bloed worden opgenomen maar breken heel snel af.

Ook via de huid kan formaldehyde opgenomen worden.

Gevolgen voor de gezondheid?

Formaldehyde kan verschillende gezondheidsklachten veroorzaken, irritaties en ontstekingen van de oogslijmvliezen en de bovenste luchtwegen komen vaak voor. Maar formaldehyde kan ook aanleiding geven tot hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid, een ongewone dorst bij het ontwaken, concentratie-, slaap- en geheugenstoornissen.

Andere mogelijke problemen zijn braken, misselijkheid en soms diarree. Contact met de huid kan tot irritatie of ontsteking leiden. Bovendien is er voldoende wetenschappelijk bewijs dat formaldehyde neuskanker kan veroorzaken.

Hoe blootstelling beperken?

Formaldehydeconcentraties in huis kunnen vaak sterk afnemen door volgende eenvoudige maatregelen:

  • Rook niet binnenshuis.
  • Verlucht de woning uitgebreid. Bij het betrekken van een nieuwe woning of bij de aankoop van nieuwe meubelen, gordijnen of vloerbedekking is het aangeraden gedurende de eerste maanden de woning 10 tot 15 minuten per dag extra te verluchten.
  • Zorg voor een kamertemperatuur tussen 18 en 24°C en een relatieve vochtigheidsgraad tussen 30 en 70%.
  • Kies, indien mogelijk, voor meubelen uit vol hout en natuurlijke producten.
  • Zorg dat je in een kamer niet meer dan 3 m² spaanplaat hebt per 4 m³ binnenlucht.
  • Bevestig vast tapijt met zelfklevende plakband in plaats van lijm.
  • Sluit openingen in meubelen uit spaanplaat zorgvuldig af en bewerk ze met een dekkende verf of vernis op plaatsen waar onafgewerkte spaanplaat zichtbaar is.
  • Breng isolatiemateriaal aan tussen verwarmingsbronnen en spaanplaat op plaatsen waar directe verwarming van de spaanplaat optreedt (bv. waar een radiator is opgesteld voor een spaanplaatwand). Hoe warmer, hoe meer formaldehyde er namelijk vrijkomt.
  • Laat je auto niet draaien in een garage die met de woning verbonden is.

Indien dergelijke eenvoudige maatregelen niet leiden tot een verlaging van de concentraties, kan het nodig zijn de voorwerpen die formaldehyde afgeven uit de woning te verwijderen.

Meer weten?

Neem contact op met de medisch milieukundige van het Logo van je regio.

Logo Logos

Referenties

  • Air quality guidelines for Europe, 2nd edition, WHO Regional Publications, European Series, No. 91, 2000.
  • Formaldehyde, International Chemical Safety Cards
  • Formaldehyde-fiche, Leefmilieu.brussels
  • Handboek Binnenmilieu, Rita Slob, GG en GD Amsterdam, 1996.
  • Wonen en gezondheid, De Schrijver K., Tilborghs G. en Wildemeersch D.; Vlaamse Gezondheidsinspectie, 2005.