Huisstofmijt

Hoe word je blootgesteld?

Huisstofmijten delen de woning en vooral het bed met de bewoners. Je vindt ze vaak op plaatsen waar stof zich kan verzamelen, zoals matrassen, gordijnen en tapijten. Huisstofmijten voeden zich voornamelijk met huidschilfers, maar ook met bijvoorbeeld pollen, schimmels, plantenvezels en dierenharen.

De ontwikkeling van huisstofmijtenpopulaties en de hoeveelheid huisstofmijtallergenen in huisstof volgen een seizoensgebonden patroon. In de zomer groeit de populatie en als het stookseizoen begint (in de herfst) bereikt de populatie zijn hoogtepunt. De hoeveelheid huisstofmijtallergenen in huisstof bereikt wat later (in de winter) zijn hoogste niveau.

Hoe kan je blootstelling beperken?

Huisstofmijten helemaal uit je woning verwijderen is bijna onmogelijk, maar met enkele maatregelen kunnen allergiepatiënten de hoeveelheid huisstofmijten wel verminderen. We sommen enkele tips op:

In de slaapkamer

• Streef naar een relatieve luchtvochtigheid in de slaapkamer van minder dan 55%. Dit kan door te ventileren en ’s morgens de slaapkamer een korte tijd te verluchten.
• Plaats geen luchtbevochtigers en houd verbindingsdeuren met badkamers gesloten. Zo ontsnapt het vocht uit de badkamer niet in de woning, maar kan je het wel door ventilatie en verluchting naar buiten afvoeren.
• Er zijn speciale antiallergische hoezen voor matrassen en kussens te koop waar de huisstofmijt niet doorheen kan. Laat je hierover informeren bij aankoop.
• Was alle beddengoed elke week op 60°C. Kijk bij aankoop van nieuw beddenlinnen of de materialen op deze temperaturen kunnen worden gewassen.
• Was hoofdkussens en dekbedden enkele keren per jaar op 60°C.
• Leg je dekbed overdag open om het zweet dat ’s nachts is vrijgekomen, te laten verdampen.
• Kleed je niet om in de slaapkamer en berg kledij op in afgesloten kasten.
• Vermijd stofhaarden in de slaapkamer zoals tapijten, hemelbedden, wasmanden, ...

In de woning

• Kies bij de inrichting van je woning voor vloeren die je kan dweilen. Ook afstoffen gebeurt het best met een vochtige doek.
• Dweil regelmatig. Als je stofzuigt, gebruik dan een stofzuiger met HEPA (high efficiency particulate air)-filter. De HEPA-filter houdt de huisstofmijt en zijn uitwerpselen tegen.
• Zorg voor gladde en goed afwasbare wanden. Vermijd glasvezelbehang of jutebehang. Verf of vinylbehang verdienen de voorkeur.
• Was je gordijnen minstens op 60°C.
• Ventileer en verlucht je woning. Na activiteiten waarbij vocht vrijkomt, is goed verluchten noodzakelijk. Vermijd vocht door indien mogelijk de was buiten te drogen of zorg voor een afvoer van de droogkast naar buiten.
• Bestrijd vocht. Behandel vochtproblemen (lekken, insijpelen). Let op voor koudebruggen en condensatie. Verlucht de woning en stel de verwarming goed in.
• Echte stofhaarden zijn: elektronische apparatuur zoals TV, hifi, computers (statische elektriciteit), droogbloemen, pluche of met veren gevulde knuffels, opgezette dieren en dierenhuiden, boeken en kamerplanten.