Vooraleer voeding op ons bord belandt, heeft het al een hele weg afgelegd: productie, verwerking, transport ... Elke stap in dat proces heeft een impact op het milieu. De totale milieu-impact van voeding wordt bepaald door de impact op verschillende milieu-indicatoren tijdens al die verschillende stappen. Van broeikasgassen tot waterverbruik: wij zetten de voornaamste indicatoren hier op een rij.

Milieu-indicatoren

Uitstoot van broeikasgassen

Of het nu bananen zijn die uit Ecuador geïmporteerd worden, of een Belgische boer die zijn serres verwarmt: voedselproductie gaat gepaard met de uitstoot van broeikasgassen, door o.a. transport, verwarming, landbouwactiviteiten en processen in de voedingsindustrie. Die gassen, zoals CO2, methaan en lachgas, dragen bij tot klimaatopwarming. De veehouderij stoot direct en indirect veel broeikasgassen uit. Dat geldt in het bijzonder voor herkauwers zoals runderen en schapen. Bij hun verteringsprocessen produceren ze methaan, een broeikasgas dat 23 keer sterker is dan CO2. Ook door de opslag en het gebruik van dierlijke mest komen broeikasgassen zoals methaan en lachgas vrij.

Het gebruik van gronden

Landbouwgrond ligt aan de basis van voedselproductie. Véél landbouwgrond, als we blijven produceren op grote schaal zoals vandaag. Wereldwijd verdwijnen dan ook bossen, die worden ingeruild voor de teelt of kweek van producten. Dat zet druk op onze bossen en de biodiversiteit. Ook hier heeft de veehouderij een grote impact: 77% van de landbouwgronden wordt gebruikt als graasland en om veevoeder te produceren.

Het verbruik van water

Water is essentieel voor de productie van voeding. Waterschaarste is een globaal probleem dat we ook in ons land kennen. Denk maar aan het sproeiverbod dat in droge zomers wordt opgelegd. Voedsel dat veel water vereist om te produceren, zet extra druk op die beperkte voorraad (zoet) water. Dat is in Vlaanderen zo, maar ook in landen zoals Spanje.

De impact op de (wereldwijde) biodiversiteit

Je kan er niet omheen: élke vorm van landbouwproductie heeft een negatieve impact op de biodiversiteit. Overal waar de mens ingrijpt in de natuur, vermindert de variatie in het ecosysteem. Onder meer de productie van rundvlees, cacao, soja en palmolie draagt een grote verantwoordelijkheid voor de wereldwijde biodiversiteit. Hiervoor worden bossen gekapt en andere natuurlijke landschappen ingepalmd, zoals veen en savanne.

De impact op lucht-, water- en bodemkwaliteit

Voedselproductie beïnvloedt de kwaliteit van onze lucht, water en bodem. De lucht raakt verontreinigd door het fijn stof van bijvoorbeeld landbouwmotoren. Onze bodem en waterlopen worden dan weer getroffen door overbemesting en antibiotica in de veehouderij. Daarnaast tast erosie de vruchtbaarheid van de bodem aan. De aardappelteelt is bijvoorbeeld zeer erosiegevoelig. Andere teelten verbeteren dan weer net de bodemkwaliteit, zoals peulvruchten die de grond vruchtbaarder maken door stikstoffixatie, of blijvend grasland dat zorgt voor koolstofopslag in de bodem.

Weet wat je eet, voor onze planeet

Een overwegend plantaardig voedingspatroon is niet alleen goed voor jezelf, maar ook voor de planeet. Wanneer je de impact op de verschillende milieu-indicatoren samentelt, zien we dat plantaardige voeding gemiddeld een lagere milieu-impact heeft dan dierlijke voeding. Vooral rund- en lamsvlees hebben een zeer hoge milieu-impact.